Medische missers: Renate Evertse schreef een boek over de medische fouten die haar leven veranderden. Haar advies: vraag een second opinion.

Renate Evertse was tot haar 54ste een blije verpleegkundige op de spoedeisende hulp. Moeder van drie kinderen, grote vriendenkring, veel feestjes – „ik kon de moonwalk als geen ander” – en een goed huwelijk.

Ze woont al dertig jaar in een hoekhuis in een Rotterdamse buitenwijk. Nu, 61 jaar oud, is Renate arbeidsongeschikt, slikt ze antidepressiva, heeft ze acht operaties gehad en volgt er binnenkort nog een. Ze heeft elke dag pijn en is incontinent.

Het verhaal van Renate, dat ze opschreef in het boek Robot dokter had zijn dag niet, is er een van pech en strijdlust. Dat verhaal begon op haar 54ste met vleesbomen in de baarmoeder. Die veroorzaakten ernstige bloedingen – ze kon geen witte broek meer aan – en moesten er in het ziekenhuis uit gehaald worden. Komt best vaak voor. Vervolgens moest haar baarmoeder eruit – bij Renate waren ‘onrustige cellen’ geconstateerd en er zijn te veel vrouwen in haar familie die kanker hadden gehad.

Daarna kreeg Renate, zoals wel meer vrouwen, verzakkingen. Haar blaas, vagina en endeldarm zakten naar beneden. „Dat deed niet zozeer pijn, maar ik kon moeilijk lopen”, vertelt ze. „Het voelde voortdurend alsof er een zware bal tussen mijn bovenbenen hing.”

Da Vinci-robot

En toen ging het mis. Een ervaren gynaecoloog die is gespecialiseerd in operaties met een zogeheten Da Vinci-robot zou haar verzakte onderdelen wel even vastzetten. Met plastic bekkenbodemmatjes van polypropyleen en een metalen schroef. Vaker gedaan, geen zorgen. Zijn naam noemt ze niet in het boek, maar hij werkt in het Rotterdamse Franciscus Gasthuis & Vlietland.

Tijdens een vijf uur durende operatie plaatste hij, met behulp van de robot, de schroef in haar rug. Toen Renate wakker werd had ze ondraaglijke pijn. Zenuwpijn. Ze kende dat niet, nog nooit gehad. Die zenuwpijn zou vier maanden blijven.

Renate ging daarna alsmaar achteruit. Ze verloor veertien kilo, was bleek, doodmoe en had dag en nacht pijn. Werken kon ze niet meer. Haar man en kinderen zorgden voor haar. De dokter, die in het boek dokter Anker heet, stelde haar telkens gerust. Een andere patiënt had die pijn ook, zei hij, binnen vier maanden was die voorbij. Hij schreef pijnstillers voor, zocht psychologische hulp voor haar. Renate: „Hij deed wel steeds nerveuzer als mijn man en ik weer eens langs kwamen. Maar we vertrouwden hem toen nog. Hij was de ervaren dokter.” Op een goed moment vroeg hij: „Heeft u misschien een hernia?” Nee, dat was het niet, dát wist Renate zeker.

Lees hier verder: ze was veranderd van een vrolijke vrouw in een chronische patiënt.
Bron: nrc.nl

Vergelijkbare berichten